Antillen lopen voorop met regelgeving financiële integriteit

Door Bernadette Heiligers

“De beeldvorming die in Nederland bestaat over witwaspraktijken op de Nederlandse Antillen doet geen recht aan datgene waar de Nederlandse Antillen voor staan, noch aan de inspanningen van de vele dienstverleners die hier op hoog niveau werkzaam zijn”. Aldus Mr. Karel Frielink, advocaat bij Spigthoff Advocaten Curaçao en Amsterdam. Voor wat betreft de integriteit van de financiële sector op de Nederlandse Antillen zijn de volgende punten van belang.

Al sinds 3 augustus 2001 – ruim een maand vóór de aanval op het WTC en het Pentagon – is het toezicht inzake het Fiduciair Bedrijf bij wet geregeld. Het eerste ontwerp voor deze wet is al in 1998 bij het Antilliaanse parlement ingediend. In de tussenliggende periode hadden de trustkantoren zich reeds op vrijwillige basis verplicht om een code of conduct na te leven. In Nederland werd pas als reactie op 11 september een aanvang gemaakt met de voorbereidingen voor regelgeving voor toezicht op trustkantoren.
Sinds 1996 bestaat op de Nederlandse Antillen de Landsverordening Identificatieplicht Financiële Dienstverlening (LIF). In het kort komt deze regeling erop neer dat degene die een financiële dienst verricht zich moet vergewissen van de identiteit van de cliënt, hetgeen veel verder strekt dan het gebruikelijke uittreksel uit de Kamer van Koophandel. Al voordat deze wettelijke regeling tot stand kwam, was het bij veel banken en trustkantoren al beleid om geen diensten te verlenen aan mensen die anoniem willen blijven en van tussenpersonen gebruik maakten.
In 1996 is ook de Landsverordening Ongebruikelijke Transacties in werking getreden. Transacties die aan bepaalde criteria voldoen moeten worden gemeld bij het MOT (Meldpunt ongebruikelijke transacties). Wie bijvoorbeeld 30.000 Euro in contanten bij een Antilliaanse bank komt omruilen of op een rekening wil storten, wordt bij het meldpunt aangemeld. De cliënt moet aantonen waarvan het geld afkomstig is en waarom hij zoveel contanten op zak heeft. Het meldpunt verricht onderzoek en schakelt zonodig het openbaar ministerie in.
In augustus 2002 heeft de Antilliaanse minister van financiën het nieuwe rulingbeleid onder het Nieuw Fiscaal Raamwerk afgekondigd. Dit rulingbeleid bevordert de gewenste transparantie van het NFR en het fiscale beleid in het algemeen. Bovendien komen de Antillen hiermee tegemoet aan de voorwaarden van de Organization for Economic Cooperation and Development (OECD).
Er bestaat al jarenlang toezicht op banken en verzekeraars in de Nederlandse Antillen. Als er problemen zijn in bankenland, betreft dat in de regel niet de in de Antillen gevestigde Nederlandse of Antilliaanse banken. De Antillen kunnen bogen op een solide en betrouwbaar bankwezen.
De uitspraken van de commissie onder leiding van mevrouw Dawn Primarolo, die zich buigt over schadelijke belastingconcurrentie en andere frivole fiskale regelingen, hadden ook betrekking op Nederland als fiscaal paradijs. Nederland probeert ook fiscaal zo aantrekkelijk mogelijk te zijn.
De term belastingparadijs wordt dan ook ten onrechte exclusief toegedacht aan tropische oorden. De Nederlandse Antillen kunnen niet buiten internationale standaarden om belastingverdragen met derde landen afsluiten. De financiële dienstverlening door de Nederlandse Antillen is geregeld binnen de alleszins acceptabele marges van het Nieuw Fiskaal Raamwerk en de Belastingregeling voor het Koninkrijk.

Deze helikopterview toont aan dat de Nederlandse Antillen op het gebied van financiële dienstverlening een stabiele partner in het Koninkrijk der Nederlanden is.

Bron:
Mr. Karel Frielink, advocaat bij Spigthoff Advocaten